Menu Sluit menu

De meest voorkomende bekkenbodemklachten zijn problemen met het plassen, bv. ongewenst urineverlies, pijn bij het plassen, frequent moeten plassen en regelmatige blaasontstekingen. Vele vrouwen vinden het vaak ongemakkelijk om hierover met hun huisarts te praten en accepteren het gewoon als een bijkomend nadeel van het ouder worden. Vaak is er ook onwetendheid over de mogelijke behandeling van blaasklachten. Jammer genoeg zijn er nog steeds veel vrouwen die geen hulp zoeken, ondanks het feit dat het overgrote deel van de blaasklachten goed te behandelen is. Dit betekent niet altijd dat ze voor honderd procent verdwijnen, wel dat ze flink verminderen en dat de kwaliteit van leven er sterk op vooruit gaat.

Urineverlies of urine-incontinentie

Er zijn twee soorten urineverlies:

Inspanningsurineverlies of stress-incontinentie: urineverlies dat voorkomt bij drukverhogende momenten zoals hoesten, niezen, tillen of tijdens fysieke activiteiten zoals rennen en springen. Zelfs mistrappen of schrikken kan onvrijwillig urineverlies veroorzaken.
Aandrangsurineverlies of urge-incontinentie:  dit wordt meestal veroorzaakt door een overactieve blaas. Een overactieve blaas geeft aanleiding tot een overmatig dranggevoel met veelvuldig plassen, het zich moeten haasten bij aandrang en eventueel reeds urineverlies alvorens men het toilet bereikt. Dit kan zich zowel overdag alsook ’s nachts voordoen. Deze vorm van urineverlies is frequent, kan voorkomen op elke leeftijd en neemt toe op oudere leeftijd.

Aandrangincontinentie en inspanningsincontinentie kunnen ook samen voorkomen. Dit wordt gemengde urinaire incontinentie genoemd.

Download de informatiebrochure "Incontinentie"

Onderzoek en diagnose

Wij doen uitgebreid onderzoek bij vrouwen met urineverlies. Uit ervaring weten wij dat het achterhalen van de oorzaak van urineverlies een belangrijke stap is in de behandeling. Uitgebreid onderzoek betekent ook dat wij naast het lichamelijk onderzoek ruim de tijd nemen om uw klachten te bespreken. Standaard wordt een gynaecologisch onderzoek verricht om te kijken of er sprake is van een verzakking.

Plasdagboek

Bij deze klachten doen wij onderzoek, onder andere naar het functioneren van de blaas. Mogelijks wordt gevraagd een plasdagboek gedurende 3 dagen bij te houden. Dit geeft belangrijke informatie over de blaasinhoud, hoeveel en hoe frequent u plast en over het urineverlies dat u eventueel heeft. Ook de vochtinname wordt hierbij nagegaan.

Download de informatiebrochure “plasdagboek”

Uroflowmetrie

Hierbij wordt de blaasfunctie getest. Dit gebeurt door u op een speciaal toilet te laten plassen, waarbij de straal kan worden gemeten (flowmetrie). Hierna wordt met behulp van een echografie gekeken of u de blaas goed leeg plast. 

Urodynamisch onderzoek

Soms wordt er een nieuwe afspraak gemaakt voor een urodynamisch onderzoek. Dit is een onderzoek waarbij de functie van de blaasspier wordt nagekeken. 

Download de informatiebrochure “urodynamisch onderzoek”

Cystoscopie

Een cystoscopie is een inwendig onderzoek van de plasbuis en de blaas. Dit onderzoek wordt uitgevoerd met een cystoscoop, een dunne holle buis met een camera op die aangesloten is op een lichtbron. Via een lens op het uiteinde van de cystoscoop kan de specialist in de plasbuis en de blaas kijken. Er kan langs deze weg eventueel urine afgenomen worden voor verdere analyse.

Verschillende behandelingen

Bekkenbodemkine

  • Als blijkt dat u uw bekkenbodemspieren niet op de juiste manier gebruikt of dat deze spieren niet goed functioneren, kan bekkenbodemtherapie uitkomst bieden. In onze bekkenbodemkliniek  werkt een gespecialiseerde kinesiste die u leert de spieren rond het bekken te (her)kennen en te gebruiken.  Het doel is om van de bekkenbodem en de omliggende spieren (weer) een samenwerkend geheel te maken.
  • Belangrijk onderdeel van de behandeling is houding- en bewegingsadvies voor het dagelijkse leven. Daarnaast is er specifieke aandacht voor een betere controle te krijgen over het vullen en het legen van blaas en darmen. Extra mogelijkheden liggen in het gebruik van apparatuur, waarbij zichtbaar of voelbaar gemaakt wordt in welke mate de spieren aanspannen of ontspannen. Dit noemen we biofeedback. Daarnaast kunt u bij aandrangincontinentie baat hebben bij blaastraining, waarbij u leert uw urine langer op te houden. 
  • Er werkt een gespecialiseerde bekkenbodemkinesiste in onze kliniek. In onze regio zijn er bovendien meerdere kinesisten die een speciale opleiding hebben gevolgd over de behandeling van bekkenbodemproblemen. 

Medicatie

Soms is het zinvol om medicatie voor te schrijven bij urineverlies of bij een overactieve blaas. Deze medicatie zorgt ervoor dat u minder vaak hoeft te plassen, dat het volume dat u per keer plast groter wordt en dat het aantal momenten van ongewenste urineverlies afneemt. Helaas veroorzaakt deze medicatie bij een aantal vrouwen bijwerkingen (zoals bijvoorbeeld een droge mond en een moeizame stoelgang), wat vooraf niet te voorspellen is. De meeste vrouwen ervaren de bijwerkingen van de medicatie als mild en zijn blij met het effect dat het heeft op de blaas. Daarnaast worden veel bijwerkingen minder naarmate u de medicatie langer gebruikt. Een ander nadeel is dat het meestal om dure medicatie gaat, die in de meeste gevallen niet terugbetaald wordt.

TOT-operatie / mid-urethrale sling (operatief)

Bij stress-incontinentie of inspanningsurineverlies met onvoldoende resultaat met bekkenbodemtherapie is een urethrasling procedure vaak de beste oplossing. Dit is een relatief kleine ingreep, waarbij de urinebuis een draagband krijgt (TVT tension-free vaginal tape of TOT transobturator tape) die zonder spanning via de vagina wordt aangebracht.  Meestal vindt de ingreep plaats onder een korte algemene narcose, maar verdoving met een ruggenprik is ook mogelijk.

Tijdens de ingreep wordt er een klein sneetje van ongeveer 1 cm onder de plasbuis gemaakt en tevens twee kleine sneetjes (5 mm) vlak boven het schaambeen of in de liesplooien waarlangs een kunststof bandje van 1 cm breed wordt aangebracht. Deze behandeling wordt meestal in dagziekenhuis uitgevoerd. Deze techniek is al vanaf 1996 in gebruik en de ervaring leert dat het bandje goed door het lichaam wordt verdragen. Het bandje ondersteunt de plasbuis, zodat bij hoesten, niezen, lachen of sporten de plasbuis wordt dichtgedrukt waardoor geen urineverlies meer kan optreden.

Download de informatiebrochure 'TOT-operatie bij stress-incontinentie'

Botoxinjecties in de blaas (operatief)

Als bekkenbodemtherapie en medicatie onvoldoende zijn als behandeling voor een overactieve blaas of aandrangsurineverlies, dan kan een behandeling met Botox-injecties overwogen worden. Botox wordt dus niet alleen gebruikt tegen rimpels, maar is ook voor de blaas toepasbaar. Het is namelijk een spierverslapper die gedurende een periode van gemiddeld negen maanden de blaasactiviteit remt.  Botox wordt ingespoten in de wand van de blaas via een dunne camera die in de blaas wordt gebracht. Dit kan onder lokale of algemene verdoving. Ongeveer 1 op de 10 vrouwen heeft na deze behandeling moeite om de blaas goed leeg te plassen waardoor soms tijdelijke (zelf)katheterisatie overwogen dient te worden.

Download de informatiebrochure "Botox-injecties in de blaas"

Sacrale neuromodulatie (operatief)

Sacrale neuromodulatie, ook wel sacrale zenuwstimulatie genoemd, is een behandelingsvorm voor functiestoornissen van de blaas of darmen. Hierbij worden de sacrale zenuwen in de onderrug, ter hoogte van het heiligbeen, gestimuleerd met zwakke elektrische impulsen. De sacrale zenuwen regelen de werking van de blaas, de darmen en de daarbij betrokken (sluit)spieren. De neurostimulator probeert de coördinatie van de blaas- en de darmfunctie te herstellen door deze zenuwen met een lage elektrische stroom te stimuleren.

 Sacrale neuromodulatie wordt in twee fasen uitgevoerd: een testfase en een implantatiefase.

  • In de eerste fase of testfase gebeurt een proefstimulatie met een tijdelijke elektrodedraad die onder in de rug ingebracht wordt, onder algemene verdoving. Met een verlengkabel wordt de elektrodedraad aangesloten op een externe neurostimulator (testkastje), die u aan een ceintuurtje draagt. Deze externe neurostimulator stuurt via de elektrodedraad elektrische pulsjes naar uw sacrale zenuwen. Tijdens de gehele proefstimulatieperiode houdt u uw blaas- en/of darmklachten bij in een speciaal dagboekje.
  • Als uw klachten tijdens de proefperiode aanzienlijk minder worden of verdwijnen, wijst dat erop dat u ook op de lange termijn baat kunt hebben met deze techniek, zodanig dat kan worden overgegaan tot een complete implantatie. 

Download de informatiebrochure “Sacrale neuromodulatie SNM”
 

Overactieve blaas

Een overactieve blaas is een verzamelnaam voor verschillende klachten: 

  • Urgentie (aandrang): het optreden van plotse aandrang om te urineren welke niet onderdrukt kan worden en zonder dat de blaas echt vol is. Soms is er reeds urineverlies alvorens het toilet te bereiken. Dit heet dan urge-incontinentie of ook aandrangsurineverlies. 
  • Frequente mictie: vaak moeten plassen, dat wil zeggen meer dan 7x per dag bij normaal drinken (tot 2 liter per dag). 
  • Nycturie: 2x of meer wakker worden ’s nachts om te plassen. 

Pijn bij het plassen

Terugkerende blaasontsteking

0 resultaten

Geen resultaten voor "", probeer opnieuw te zoeken.